27. Gaan op de beloften

Copyright: Jan A. Baaijens, pastorale hulpverlening.

In een vorige sessie hebben we het gehad over de loopbaan van het geloof. Daarop moeten wij gelovig leren gaan op de beloften. We moeten aannemen dat de beloften van God waarachtig en betrouwbaar zijn. Zij geven ons houvast. De beloften wijzen ons de weg, en leiden ons op het goede spoor naar het leven. De beloften zien op de vervulling door Jezus Christus. Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven.

Hieronder kun je aanklikken op een PowerPoint over deze sessie:

PowerPoint sessie Gaan op de beloften

Opdrachten moet je gehoorzamen

De opdrachten in Gods Woord moet je gehoorzamen; ze zijn niet vrijblijvend. Je wordt erop beoordeeld. Het Hebreeuwse woord ‘sjema’ betekent ‘hoor’. De sjema is de Joodse geloofsbelijdenis (Deut.6:4-5). Dit bijbelse horen is meer dan luisteren alleen; het betekent ook gehoorzamen of gehoor geven aan.

Steun op de beloften van God

Gelukkig zijn er aan Gods opdrachten en geboden vaak ook aanmoedigende en bemoedigende beloften verbonden. We moeten op deze beloften leren steunen.

Heb je al een veilige bodem in je leven? Ga je op de rotsvaste woorden en beloften van God, die in Jezus Christus ‘ja en amen zijn’. We lezen in 2 Kor.1:20: ‘Immers, zovele beloften van God als er zijn, die zijn in Hem ja en in Hem amen, tot verheerlijking van God door ons.’

Heb je Jezus ook nodig in heel je leven? Het wordt gezongen in het volgende lied dat je via YouTube kunt aanklikken:

 Wil je God gehoorzamen en Jezus volgen?

Kun je gelovig meezingen met het mooie lied van Sela: ‘Wij volgen U, Heer.’ Hieronder zie je de tekst van Hans Maat en kun je via YouTube het lied beluisteren:

De Heer op wie mijn hart vertrouwt,

bent U die zoveel van mij houdt.

Ik ben verwonderd, sprakeloos,

dat U mij kent, dat U mij koos.

Uw kostbaar bloed verloste mij;

eens was ik slaaf, nu ben ik vrij.

O, ik was blind tot U liet zien:

het is genade, onverdiend!

Wij volgen U Heer, overal,

waarheen U ons ook brengen zal.

Dwars door beproeving, door de strijd,

bouwt U het hemels koninkrijk.

Ons hele leven, hier en nu,

blijft U in ons, en wij in U.

O Jezus in uw grote kracht,

wordt alles wat U wilt, volbracht!

 

Wij gaan op weg met goede moed,

vol van uw Geest die ons behoedt.

De vreugde die nog voor ons ligt,

houdt heel ons hart op U gericht.

U bent de hoop van ons bestaan;

U laat ons nooit verloren gaan!

Sterk in uw kracht, met zekerheid,

leidt U ons naar uw koninkrijk.

U bent de hoop van ons bestaan;

U laat ons nooit verloren gaan!

Sterk in uw kracht, met zekerheid,

leidt U ons naar uw koninkrijk.

YouTube-video Wij volgen U, Heer

Hieronder volgen vragen voor enkele personen die er kort iets van willen zeggen in de grote groep. Het gaat om een persoonlijk getuigenis. Anderen kunnen dat weer bij de vragen doen in de kleinere groepjes.

Vragen voor een geloofsgetuigenis in de grote groep:

1. Noem beloften uit het Woord van God waar je veel aan hebt gehad?

2. Hoe ben je daar toen mee omgegaan?

3. Zijn deze beloften al bij je vervuld? Hoe dan wel?

4. Wat heb je gehad aan beloften in tijden van geloofsbeproevingen?

5. Hoe ben je gelovig tot Jezus gekomen?

6. Wat betekent Hij van jou?

Blijf vasthouden aan de waarheid

In Jezus Christus is er een geopende weg. Jezus leert het ons in Joh.14:6: ‘Ik ben de Weg, en de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader, dan door Mij. 

Aan de waarheid van Gods Woord en Zijn beloften

mogen we niet twijfelen.

Je kunt vol vrees voor ‘een Rode Zee’ staan. Let dan op de beloften uit Gods Woord.

Mozes zei in deze situatie tot het volk (in Ex.14:13): ‘Wees niet bevreesd, houd stand, zie het heil van de HEERE dat Hij vandaag nog voor u zal bewerken.’ Hij baant door de watermuur van onmogelijkheid heen onze weg tot Zijn doel.  Aan het einde van een doodlo­pende weg vindt een volhardende bidder een geopende weg van Gods kant.

In onze onmo­gelijkheid verschijnt Gods mogelijkheid,

dat hebben al veel gelovigen ervaren

De stapstenen van de beloften

De beloften zijn als stapstenen waarop je moet gaan door het
water. Hierboven zie je op de afbeelding de stapstenen duidelijk boven het water uitsteken. Stel je voor dat er onder het water een moerassige bodem is. Als je een misstap doet en in het water valt, word je al snel vastgezogen in de modder.

Ga gelovig op de stapstenen

Wij behoren gehoorzaam te volgen op de weg die God ons voorstelt. Je mag Hem gelovig en blindelings volgen. Op Zijn weg kom je goed uit. Zet slechts je voetstappen op Zijn beloften.

Iemand die Gods beloften aangrijpt,

wordt door Zijn beloften aangegrepen

We lezen in Joz.1:3 over de belofte van God: ‘Elke plaats die uw voetzool betreedt, heb Ik u gegeven.’ Ga dan verder op de stapstenen van Gods beloften. Hij zal dan met je zijn en je doorhelpen.

Op de afbeelding hieronder zie je dat er veel stapstenen (gedeeltelijk) onder water liggen. Ze zijn soms moeilijk te vinden. Er kunnen problemen ontstaan door stijgend water of een sterkere stroming. De stapstenen leiden je door het water naar het kruis. Zo leiden de stapstenen van de beloften je tot Jezus.

 

Wat moet je doen als je verdere beloften niet meer ziet?

Ga dan staan op de beloften die wel duidelijk zijn voor jou. De weg achter Jezus aan is nogal eens onbegrepen en onduidelijk in tijden van beproeving. We lezen in Ps.77:20: ‘Uw weg was door de zee, Uw pad door grote wateren, en Uw voetstappen werden niet bekend’.

Je moet maar een enkele stap tegelijk zetten in de Jordaan van de beproeving. In zijn gebed om redding geeft David ons door in Ps.17:5: ‘Ik hield mijn schreden in Uw sporen, zodat mijn voetstappen niet zouden wankelen.’

Laat Gods Woord schijnen voor iedere stap die je in de duisternis moet zetten, want in Ps.119:104 lezen we: ‘Uw Woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.’ Bestudeer Gods Woord voor iedere nieuwe geloofsstap die je wilt zetten.

Als God je roept tot Zijn doel,

moet je gelovig volgen en gaan op Zijn beloften

De opdracht van God aan jou, waarop je in het geloof je voetzool zet, wordt je door Hem gegeven (zie Joz.1:3). Dat heeft te maken met geloofsgehoorzaamheid. Je gehoorzaamt God, door Hem lief te hebben, door in al Zijn wegen te gaan en je aan Hem vast te houden (Deut.11:22).

Als je de belofte gehoorzaam in bezit neemt, zul je daarna ook de volgende  stapstenen in bezit kunnen nemen. In het volgende vers beloofde de HEERE Zijn volk: ‘Dan zal de HEERE al deze volken van voor uw ogen uit hun bezit verdrijven, en zult u het land van volken die groter en machtiger zijn dan u, in bezit nemen.’ Mozes vervolgt in vers Deut.11:24: ‘Elke plaats die u voetzool betreedt, zal van u zijn.’  In Joz.3 lezen we dat er een pad kwam zodra de priesters die de ark droegen met hun voetzolen het water van de Jordaan raakten.

De HEERE bemoedigt ons in onze moeilijke wegen (in Jes.43:1-2): ‘Wees niet bevreesd, want Ik heb u verlost. Wanneer u zult gaan door het water, Ik zal bij u zijn, door rivieren, zij zullen u niet overspoelen.’

Je moet de woorden van Jezus ‘horen en doen’

Let er op: de Heere is met je als je gehoorzaam op de weg van de Zijn beloften gaat. Als je blijft afwachten en niet gaat, is Hij dus niet met je. Jezus verzekert ons in Joh.3:36: ‘Wie in de Zoon gelooft, heeft het eeuwige leven, maar wie de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn van God blijft op hem.’ 

Je moet de woorden van Jezus horen en doen. Hij leert ons in Matth.7:24-25: ‘Daarom, ieder die deze woorden van Mij hoort en ze doet, die zal Ik vergelijken met een verstandig man, die zijn huis op de rots gebouwd heeft; en de slagregen viel neer en de waterstromen kwamen en de winden waaiden en stortten zich op dat huis, maar het stortte niet in, want het was op de rots gefundeerd.’

Klamp je daarom ook vast aan de rotsvaste woorden en beloften van God, die in Jezus Christus ‘ja en amen zijn’. We lezen in 2 Kor.1:20: ‘Immers, zovele beloften van God als er zijn, die zijn in Hem ja en in Hem amen, tot verheerlijking van God door ons.’

 

Gaan rond Jericho 

Lezen: Jozua 6

Waardoor zijn de muren van Jericho gevallen? Kwam dit door het lopen van de Israëlieten rond deze stad? Werden door het gestamp van de vele voeten de muren soms losgetrild? Of ge­beurde dit door het harde gejuich? Je weet het natuurlijk wel: de HEERE God deed de muren vallen.

Dit kwam niet door het lopen en het gejuich. Hadden lopen en juichen daarom geen enkele zin? Hadden de Israëlieten dit net zo goed kunnen laten? Als ze nu eens gewoon in hun tenten waren gebleven en daar zeven dagen hadden gebeden, waren de muren dan ook gevallen? In dat geval waren ze zeker niet neergestort.

De Israëlieten moesten dus in gehoorzaamheid aan Gods opdracht gelovig lopen en juichen, terwijl de muren vielen door Gods kracht. Hij deed het ook op het geloof, zoals we lezen in Hebr.11:30: ‘Door het geloof zijn de muren van Jericho gevallen, nadat zij tot zeven dagen toe omringt waren geweest.’ 

Hieronder kun je aanklikken op YouTube, om het bekende lied van Elly & Rikkert over de muren van Jericho te beluisteren:

Ga op de weg van geloof en bekering

Zo is het ook in de weg van geloof en bekering. Als je gered wilt worden, moet je gehoorzaam in de door God voorgestelde weg gaan. Hij vraagt van ons geloof, dat wij het van Hem verwachten. Er kunnen voor ons muren van onmogelijkheid zijn, die wij in eigen kracht niet kunnen doorbreken. God alleen kan deze muren omlaag halen.

Rachab en het rode koord

Het gelovig omgaan met de beloften zie je ook bij de redding van Rachab (Joz.2 en Joz.6:22-25). Deze zondige vrouw mocht gelovig gehoorzamen, door een rood koord uit haar raam te hangen. Dit rode koord op zichzelf liet het huis niet overeind staan op de muur, maar toch was deze geloofsgehoorzaamheid nodig voor haar redding. Als ze het rode koord niet uit het raam had gehan­gen, was ze niet gespaard. Alleen achter dit koord was Rachab veilig, en dat met allen die in dit huis waren. Dit ziet natuurlijk ook op het schuilen achter het bloed van Jezus Christus.

We kunnen slechts pleiten en gelovig steunen op het bloed en de beloften. Rachab had ook niets anders dan de toezeggingen van de verspieders van Jozua en het schuilen achter het rode koord. De zekerheid van haar redding lag dus buiten haarzelf in de woorden van de Israëlie­ten.

De verspieders en Jozua waren betrouwbaar. Ze hielden hun woorden en beloften. En ook hier wordt het geloof positief gewaardeerd, zoals we lezen in Hebr.11:31: ‘Door het geloof is Rachab, de hoer, niet omgekomen met de ongehoorzamen, omdat zij de verkenners met vrede had ontvangen.’

We kunnen er absoluut zeker van zijn dat de Heere Zijn toezeggingen in Zijn Woord zal houden. Jezus komt in het Evangelie tot ons als de Weg, de Waarheid en het Leven.

Als je in Gods weg bent, hoef je niet te twijfelen

 aan de vervulling van Zijn beloften in jouw leven!

Kom zo in het Koninkrijk van God

Je kunt op aarde al het Koninkrijk der hemelen binnengaan. Er zijn twee mogelijkheden: Je bent nog buiten het Koninkrijk van God, of er al binnen.

Jezus komt nog steeds tot ons met Zijn ernstige uitnodiging: ‘Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen’ (Matth.4:17). Hoe kun je dit hemels Koninkrijk binnengaan? Hoe kom je door de poort?

De uitnodiging komt van de Koning van het Koninkrijk. Hij belooft de ingangspoort te openen voor mensen die bidden, zoeken en kloppen. Lees maar eens Luk.11:9-13. In Luk.11:9 spoort Jezus ons aan: ‘Bid, en u zal gegeven worden; zoek en u zult vinden; Klop, en er zal voor u opengedaan worden.’

Wij moeten dit geloven en doen. De Heere zal dan voor ons doen wat wij niet kunnen, namelijk de poort openen. Hij eist van ons geloof en bekering. Geloof je in de betrouwbare beloften in het Woord van God? Geloof je God op Zijn Woord? Doe dan wat Hij van je vraagt!

Ben je het Koninkrijk van God al binnengegaan?

Blijf kloppen!

Er zijn zekere beloften van God voor hen die zoeken, bidden en kloppen! We lezen duide­lijk in Gods Woord: ‘Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u openge­daan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden’ (Matth.7:7-8).

Deze belofte is waar voor een ieder die oprecht klopt. Daarom zal er ook voor jou worden opengedaan als je zo volhar­dend blijft kloppen. Deze belofte staat daar garant voor. De Heere zal Zijn Woord en beloften zeker vervullen!

Je mag dan in Gods weg tot de Jezus komen, en dan met zekerheid weten dat Hij zal doen wat Hij belooft aan de gelovigen in Joh.6:37: ‘Alles wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen; en wie tot Mij komt, zal Ik beslist niet uitwerpen.’

Ga met Christen op weg

Ik zal in dit verband nog een les halen uit de Christenreis van Bunyan. Stel je eens voor dat Christen de roepstem om stad Verderf te verlaten had gehoord en dat hij daarna slechts was gaan bidden om deze stad te mogen verlaten. Een hele dag was hij dan aan het bidden of de Heere hem toch zou willen halen uit deze verschrikke­lijke en ellendige plaats. Maar de volgen­de dag zou hij er dan nog in verkeren. Neem aan dat hij een maand lang zou blijven bidden om uit deze stad te mogen worden verlost. Het zal je wel duidelijk zijn dat hij zodoende stad Verderf niet zou verlaten. Hij diende gewoon te gaan! en niet lijdelijk te redeneren en slechts te bidden.

Als  deze Chris­ten niet ging, kon hij niet bij de enge poort komen, en ook niet aan de voet van het kruis, om daar de redding te ervaren. Je mag pas praten over een ‘uit jezelf niet te kunnen’ als je het hebt geprobeerd en werkelijk met jezelf bent vastgelopen. Vóór deze ervaring moet je niet als een lijde­lijke papegaai anderen napraten, want je weet dan niet waar je over praat.

Al spoedig kwam Christen in de poel Wankelmoedigheid of Twijfel terecht. Hij zakte samen met zijn reisgenoot Gezeggelijk weg in dit moeras.

Christen worstelde zich verder en werd er aan de goede kant uit geholpen door Helper. Zijn reisgenoot kon deze beproeving niet aan en keerde terug naar stad Verderf. Hij kwam niet door de test heen.

In de Christinnereis zie je dat Christinne en haar kinderen door een uitlegger werden gewezen op de stapstenen die in het water lagen. Ze konden daar in het water op lopen en kwamen vrij gemakkelijk over het moeras Twijfel heen. Met deze stapstenen worden de beloften van God bedoeld.

 

Geloof is noodzakelijk!

God eist en zoekt ook bij ons geloof als wij Zijn Woord vernemen. Je moet geloven dat God jouw bidden en zoeken zal belonen, want anders kun je God niet behagen. Hebr.11:6 leert ons duidelijk:

 ‘Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken.’ 

 

Opdrachten en beloften

Houd je aan de Bijbelse principes

Geulen graven

In 2 Koningen 3 zien we dat de legers van de koningen Joram en Josafat in de woestijn geen water meer hadden. Het leek een hopeloze situatie. De HEERE gaf echter uitkomst door middel van de profeet Elisa. Door een wonder zou Hij water geven.

Toch wilde Hij dat ze hiervoor ook iets zouden doen. We lezen in de verzen 16 en 17 dat Elisa doorgaf: ‘Zo zegt de HEERE: Maakt in dit dal vol geulen. Want zo zegt de HEERE: U zult geen wind zien en u zult geen regen zien, maar toch zal dit dal vol water zijn, zodat u zult drinken, u, uw vee en uw lastdieren.’

De HEERE was gereed om de zegen te geven, maar om deze zegen op te vangen moesten ze geulen maken in het woestijnzand.

Volg de aanwijzingen van God op. ‘Graaf geulen’ oftewel maak ruimte in je hart om Zijn Woord op te vangen en te bewaren.

Maak ruimte in je hart

voor het werk van God

In een voorbereide akker kan het zaad worden gestrooid. Let maar eens op de gelijkenis van het zaad in Luk. 8:4-15. Alleen in de goede aarde (waarin gelovig geulen zijn gegra­ven) draagt het Woord vruchten. Als we de Heere gehoorzamen, door te doen wat Hij ons opdraagt, mogen we zegen verwachten. We lezen in Lukas 8:15: En waar het zaad in de goede aarde valt, dat zijn zij die het Woord horen, en het in een oprecht en goed hart vasthouden, en in volharding vruchten voortbrengen.’

Als we geulen hebben gegraven in ons hart,

staan we open voor het Woord van God

Lege vaten gereedzetten

Een soortgelijk bijbels principe vinden we in de geschiedenis van de olie van de weduwe in 2 Koningen 4:1-7. Lees dit gedeel­te maar eens.

De weduwe kon haar schuld onmogelijk zelf voldoen. Ze had nog een kruik met olie in huis, maar wat kon ze hier nu mee aflossen? Als je maar 10 euro heeft, terwijl je een schuld van 100.000 euro moet betalen, dan heeft dat geen zin voor de afbetaling.

Al zou ze deze kruik met olie hebben gegeven, dan zou de schuldeiser toch nog haar beide kinderen voor zich tot knechten hebben genomen. Zo is het ook met de schuld die we bij God hebben.

Het verwonderlijk dat de Heere toch nog gebruik wil maken van het beetje dat we hebben.

Als we in geloofsgehoorzaam­heid doen wat God van ons vraagt,

zal Hij doen wat ons hierin belooft

Als de weduwe in ongehoorzaamheid geen vaten zou hebben verzameld, waren ze ook niet door het wonder van God gevuld. Elisa drong er zelfs bij haar op aan om niet weinig lege vaten gereed te zetten. Al de lege vaten die worden gereedgezet, zullen worden gevuld.

Kom met je leegte tot God

Hij kan je vervullen met geloof, hoop en liefde

Vanuit onszelf hebben op geestelijk gebied lege handen en lege harten. Daarin kan de zegen worden ontvangen.

Gebruik de genademiddelen

Er zijn op geestelijk gebied zaken die we moeten doen, en zaken die God voor ons wil doen. Gelukkig worden ons middelen en mogelijkheden aangereikt om te kunnen komen in de weg van God. Dat zijn dus de opdrachten, genademiddelen en talenten die wij hebben gekregen om gebruik van te maken.

Wij worden in de Bijbel aangespoord om de ontvangen talenten te gebruiken. Dit zijn eigenlijk middelen, sleutels of gereedschappen (tools) voor het Koninkrijk van God.

Wie deze talenten gebruikt, valt vanzelf onder de beloften. Talenten gebruiken is doen wat de Heere vraagt. Hij vraagt van ons geloofsgehoorzaamheid.

Geloven is doen en werken

 wat de Heere in ons doet en werkt

We lezen namelijk in Johannes 6:28-29: “Zij zeiden dan tegen Hem: Wat moeten wij doen, opdat wij de werken Gods mogen verrichten? Jezus antwoordde en zei tegen hen: Dit is het werk van God: dat u gelooft in Hem Die Hij gezonden heeft.’

Het zeil ophouden

Als we tijdens windstilte op de Noordzee met onze zeilboot niet meer vooruit kunnen komen, moeten we toch het zeil omhoog houden, want als er wind komt, is de boot gereed om te varen. Iemand die moedeloos het zeil maar laat zakken en gaat slapen, zal alleen maar verder afdrijven. Vroeger of later komt er wel wind. Het is een kwestie van geloven, hopen bidden en volhouden. Ga niet bij de pakken neerzitten, maar houd het zeil van de beloften voortdurend omhoog. Het biddend en gelovig bezig zijn met de beloften van God is ‘het zeil  omhoog houden’.  Dat is de juiste manier om de beloofde zegen te ontvangen.

Lees de bemoedigende woorden van Jeremia 29:11-14:

‘Ik immers, Ik ken de gedachten die ik over u koester, spreekt de HEERE. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven.

Dan zult u Mij aanroepen en heengaan, u zult tot Mij bidden en Ik zal naar u luisteren. U zult Mij zoeken en vinden, wanneer u naar Mij zult vragen met heel uw hart. Ik zal door u gevonden worden, spreekt de HEERE…’

 

Opdrachten voor in de kleinere gespreksgroepen:

1. Hoe kunnen we gehoorzamen aan de opdrachten van God?

2. Waarom heeft God ons beloften gegeven?

3. Hoe leiden de beloften ons heen naar Jezus?

 

4. Waarom is een leeg hart voldoende om een rijke zegen te ontvangen,

     zoals je ziet bij de lege vaten in 2 Koningen.4:1-7 ?

     Wat kun je met een leeg hart of lege handen doen?

5. Hoe kun je ruimte maken in je hart voor het werk van God?

     Zie hierbij: 2 Koningen 3:16-17.

6. Hoe kun je gelovig het zeil blijven ophouden

    als je let op de beloften van God.

    Betrek hierbij: Jeremia 29:11-14.

 

7a. Kun je beloften noemen waaraan je veel hebt gehad?

7b. Op welke wijze ben je daar toen mee omgegaan?

7c. Hoe is de vervulling bij je gekomen?

 

8. Hoe weet je dat bepaalde beloften speciaal voor jou zijn bedoeld?

9. Wat betekent het dat je moet gaan op de beloften,

    zoals je voeten zet op stapstenen? (Zie Deut.11:22-24a, Joz.1:3).

10. Hoe kun je de Heere blijven volgen op Zijn weg? (Ps.17:5, Ps.119:105).

 

11. Wat kunnen we leren over ‘opdrachten en beloften’ in de Bijbel bij:

a. Israël voor de Rode Zee (zie Ex.14:13-14).

b. Lopen rond Jericho (Jozua 6:1-5+20 en Hebr.11:30).

c. Het gaan door de Jordaan (Joz.1:1-3 en Joz.3:11-17).

 

12. Wat heb je gehad aan beloften in tijden van geloofsbeproevingen?

Afsluitend gebed in het discussiegroepje

Samen afsluiten met een belijdenislied van Sela en een bemoedigd lied

Hieronder volgt Opwekking 502, dat je verlangend en biddend mee kunt zingen: